Nr.

Thema

product

Volwassenen geëscaleerde zorg

Thema  1.3:

Thuis

We willen dat iedereen die dat nodig heeft beschermd en veilig woont met de juiste begeleiding en ondersteuning, gericht op persoonlijk en maatschappelijk herstel. Iedereen heeft een thuis nodig. We richten ons op mensen die zich door aanleg of omstandigheden minder goed zelf kunnen redden: slachtoffers van huiselijk geweld, dak- en thuislozen, personen met verward gedrag, cliënten voor beschermde woonvormen. Voor een belangrijk deel doen we dat ook regionaal.

We geloven in een aanpak die vooral gericht is op voorkómen van problemen, van escalatie. We willen voorkomen dat een beroep nodig is op specifieke opvangvoorzieningen of intensieve zorg, omdat we er eerder niet snel genoeg bij waren. Daarom richt veel energie zich op preventie, versterken van zelfredzaamheid, eerder oppikken van signalen en inzetten van vroegtijdige en lichte vormen van hulp en ondersteuning. Waar mogelijk krijgen mensen die hulp en ondersteuning thuis in hun vertrouwde omgeving of wijk, steeds vaker ook met inzet van ervaringsdeskundigen.

Een aantal in deze begroting gepresenteerde beheersingsmaatregelen voor de Maatschappelijke Ondersteuning raakt ook het thema “Thuis”.
Dat geldt in het bijzonder voor de ondersteuning die wij geven in de vorm van Beschermd Wonen.
Omwille van de helderheid presenteren we deze maatregelen op één plek: thema “Betrokken zijn”.

We zorgen dat bij alle vormen van geweld in afhankelijkheidsrelaties (GIA) de juiste interventie, hulp en opvang beschikbaar zijn. We doen dat met de organisatie Veilig Thuis West-Brabant. Bijzondere speerpunten staan in Geweld hoort nergens thuis:
·        Eerder en beter in beeld: voorlichting en training voor professionals en vrijwilligers, gericht op herkennen van signalen van geweld en verwaarlozing. Het toepassen van de meldcode huiselijk geweld. En voor de beroepsgroepen die deze meldcode verplicht moeten hanteren.
Met ingang van 2019 wordt de Meldcode huiselijk geweld aangescherpt: alle beroepsgroepen die deze meldcode wettelijk verplicht moeten toepassen,  hebben dan een “afwegingskader”,  waarbij de ernst van de situatie moet worden ingeschat en besloten moet worden om al of niet zelf hulp te verlenen én al of niet bij Veilig Thuis te melden.
Veilig Thuis krijgt hierdoor  over veel meer situaties een melding dan voorheen   en moet deze blijven monitoren. Deze taakuitbreiding van Veilig Thuis wordt de “radarfunctie” genoemd ,  omdat er hiermee meer zaken bij Veilig Thuis “op de radar komen”.
·        Stoppen en duurzaam oplossen: verbeteren van de integrale crisiszorg (24/7 meldpunt, deskundige triage en coördinatie van acute interventies), goede afspraken over het op- en afschalen van hulp en ondersteuning, versterken van de interdisciplinaire aanpak bij ernstig structureel en seksueel geweld (MDA++) en doorontwikkeling  van vrouwenopvang.
·        Aandacht voor bijzondere groepen: accent op mishandeling of verwaarlozing van ouderen en doorontwikkeling van het Centrum voor Seksueel Geweld (CSG).

Psychisch kwetsbare mensen én mensen met een licht verstandelijke beperking bieden we begeleiding en waar nodig onderdak (beschermd wonen en maatschappelijke opvang). We blijven als regio zoeken naar nieuwe afspraken met woningcorporaties, particuliere verhuurders en ontwikkelaars. We kijken dan naar beschikbare en geschikte woningen en mogelijkheden om nieuwe woonvormen te ontwikkelen. Vanuit de gedachte zo zelfstandig en zo normaal mogelijk bieden we (ambulante) ondersteuning, steeds meer in regiogemeenten wanneer de cliënt dat wil. We werken aan betere kansen op scholing en werk. Er is bijzondere aandacht voor betere acceptatie van kwetsbare mensen in wijken. Om op- en afschalen van deze vormen van hulp en ondersteuning soepel te laten verlopen, zorgen we dat beschermd wonen, maatschappelijke opvang en Wmo-begeleiding en -dagbesteding beter op elkaar aansluiten.  Voor dak- en thuislozen bieden we met het loket Centraal Onthaal hulp en onderdak en maken met iedere cliënt een herstelplan. Ook hier werken we mét de regiogemeenten aan alternatieve vormen van opvang en begeleiding. In 2018 maakten we afspraken met de partners van Zorg voor Elkaar Breda voor betere preventie van dakloosheid. Deze afspraken komen in het uitvoeringsplan 2019-2020.

Landelijk wordt gestuurd op een sluitende aanpak voor personen met verward gedrag, in al haar vormen. In Breda maken we een integrale aanpak waarin zorg, overlast en veiligheid elkaar aanvullen. In 2018 wordt duidelijk of het lukt om de beoordelingslocatie (SPOR) voor onze regio behouden. Een belangrijk speerpunt in 2018 is het verbeteren van de (vindbaarheid) van de crisiszorg. We willen één meldpunt, waar professionals en burgers acute zorgen over personen kunnen melden, waar meldingen worden beoordeeld en van waaruit de juiste hulp (als het nodig is per direct: crisisinterventie) wordt geboden. We ontwikkelden  met de regio een de-escalatiemodel, met afspraken tussen professionals over het op- en afschalen van hulp en zorg, inclusief  overlast. Doel is voorkomen van escalatie van problemen bij personen of in huishoudens. Dit model gaan we lokaal invoeren en borgen. In 2019 is een eerste evaluatie van de toepassing van dit model gepland.

Centraal Onthaal

Meeteenheid: %

% daklozen van de geregistreerde daklozen dat duurzaam gehuisvest is.

Definitie geregistreerde daklozen: bij het Centraal Onthaal loket aangemelde daklozen die op zoek zijn naar een opvangplek. Indicator heeft geen betrekking op thuislozen / potentieel daklozen en zorgmijders.
Definitie duurzame huisvesting: daklozen die zelfstandig wonen en daklozen met een zogenaamde stabiele mix, ofwel a) huisvesting (inclusief verblijf in een instelling) b) legaal en regelmatige inkomen en c) stabiel contact met hulpverlener.

SSD

Meeteenheid: Aantal

Aantal cliënten in Beschermd Wonen

Veilig Thuis West Brabant

Meeteenheid: %

% slachtoffers dat casusregie heeft van Veilig Thuis en Safegroup en dat na afloop een voldoende scoort op de mate van veiligheid